Hoe werkt GPS? Het meest spectaculaire onderdeel van het GPS systeem is het netwerk aan GPS satellieten dat in een baan om de aarde circuleert. Dit zijn op dit moment minimaal 24 satellieten. Deze satellieten bevinden zich op een hoogte van ongeveer 20.200 kilometer en bewegen met hoge snelheid. Zo’n satelliet legt in 12 uur een volledige baan om de aarde af. Door het ruime aantal satellieten en de enorm hoogte waarop de satellieten zich bevinden, zijn er op elke plaats op aarde altijd minstens vier satellieten ‘in beeld’. Maar meestal zijn dit er meer. 

Iedere GPS satelliet heeft een atoomtijdklok aan boord, waarvan hij de exacte tijd met zijn GPS signaal meestuurt. Door het ontvangen van de GPS signalen van meerdere satellieten kan het tijdsverschil tussen de GPS signalen bepaald worden. 

Door de exacte positie van de satellieten en het exacte tijdsverschil van de GPS signalen te combineren wordt het mogelijk om de exacte positie te bepalen van de GPS ontvanger. Om de meest nauwkeurige positie te bepalen is het nodig om van minimaal 3 satellieten een goed GPS signaal te ontvangen. Op deze manier kan een zogenaamd driedimensionaal snijpunt worden berekend van drie satellieten. 

Omdat vrijwel geen enkele GPS ontvanger een atoomklok heeft, is  een vierde satelliet nodig om die atoomtijd te ontvangen.